Wie Honeyguide volgt, kent haar misschien al: Merel Djamila Hoekstra, aka @mereljournals op Instagram. Deze Nederlandse content creator en mixed media artist weet als geen ander hoe je je reizen op een creatieve manier vastlegt. Van sfeervolle stadsgezichten tot ruige landschappen: in haar journal komt alles tot leven. Ze heeft al haar kennis en inspiratie gebundeld in haar eigen boek ‘Paint, paper & Going Places’. Een boek vol technieken, tips en opdrachten om zelf aan de slag te gaan. Ik dook erin en deel mijn ervaring met je.
Met penseel en papier de wereld vastleggen - Een travel journal: meer dan een fotoboek
Foto’s maken van je reizen is leuk, maar herinneringen vastleggen op papier? Dat is pas echt waardevol. Het vraagt je om te vertragen, beter te kijken en elk detail in je op te nemen. Een travel journal maken is alsof je een stukje van de wereld vastlegt met je eigen handen. Niet alleen door woorden, maar ook met kleuren, vormen en texturen.
Zelf heb ik alleen ervaring met het maken van een journal waarbij je van alles van een plek verzamelt en daar een samenvatting van maakt. Denk bijvoorbeeld aan het verzamelen van bonnetjes, polaroidfoto’s en entreetickets. Nog niet eerder had ik een schildering gemaakt met waterverf, behalve tijdens de Instameet van Almere, waar Merel ons een workshop gaf. Benieuwd hoe dat eraan toeging? Je leest het hier.
Waarom zou je een reisjournal maken? - Van lege pagina’s naar levendige herinneringen
Het boek is logisch opgebouwd in acht hoofdstukken. Merel begint bij de basis. Waarom zou je eigenlijk een travel journal maken? Het antwoord verklap ik alvast. Het helpt je namelijk te reflecteren, het scherpt je observatievermogen en het zorgt ervoor dat je herinneringen tastbaar worden. Ze neemt je vervolgens stap voor stap mee in het proces. Wat heb je nodig? Hoe begin je? Welke materialen werken het best? En hoe maak je een schets die echt de sfeer van een plek vangt? Zelfs als je nog nooit een penseel hebt vastgehouden, krijg je hier zin om te beginnen.
Less is more: simpel beginnen - Wat heb je écht nodig?
Een veelgehoorde drempel is dat mensen denken dat je een hele koffer vol materialen nodig hebt. Maar dat hoeft helemaal niet. Merel laat zien dat je met een klein doosje aquarel- of waterverf, een penseel en een schetsboek al een heel eind komt. “Less is more,” schrijft ze. Het gaat niet om perfectie, maar om plezier in het vastleggen van momenten. Ze deelt handige tips over papierkeuze, verf en kwasten, maar ook over het mixen van kleuren en het toepassen van eenvoudige schildertechnieken.
Een mini-masterclass in schetsen - Van gebouwen tot bomen
Verderop in het boek krijg je als lezer een soort masterclass van Merel. Ze laat je zien hoe je een gebouw tekent met de juiste verhoudingen, maar ook hoe je de dynamiek vangt van een levendige markt. Zelfs het schetsen van eten, bomen en landschappen komt aan bod. Soms kan de sfeer van een bestemming in een simpel detail zitten. Schilder bijvoorbeeld je ontbijt na of een oude boom in het park. Haar uitleg is helder en toegankelijk, waardoor het voelt alsof je een persoonlijke workshop volgt.
Wat dit boek zo inspirerend maakt, is dat het je anders laat kijken naar de wereld om je heen. Een travel journal maakt je reizen intenser. Je ziet meer details, let op versieringen op gebouwen, de kronkelige vormen van een boom of het licht dat door een raam valt. Zo beleef je de plek veel bewuster. Dit is slow travel op z’n best!
Dus, wil jij je reizen op een unieke manier vastleggen? Zoek je een nieuwe creatieve uitdaging? Paint, Paper & Going Places is een geweldige gids om mee te starten. Pak een penseel, open je journal en begin. Want wat je tekent, onthoud je voor altijd.
Liefs,
Krisja
